CRISIS VAN HET BEELD IN DE VLEESHAL
In De Vleeshal in Middelburg is op dit moment de groepstentoonstelling Herfsttij van het modernisme te zien. Met deze tentoonstelling wil De Vleeshal tonen hoe vijftien hedendaagse kunstenaars omgaan met tijden van grote verandering, zoals de economische crisis waar we ons nu in bevinden. De tentoonstelling brengt werken van belangrijke conceptuele kunstenaars van dit moment bij elkaar. Een uitstapje naar Middelburg waard.
Uitgangspunt
De titel van deze tentoonstelling is geïnspireerd op Johan Huizinga’s Herfsttij der Middeleeuwen (1919), een boek waarin Huizinga beschreef hoe kunst in de middeleeuwen tot bloei kwam. Om grip te krijgen op de veranderingen om hen heen grepen kunstenaars terug naar het ‘verleden’. Directeur en curator Lorenzo Benedetti stelt dat kunstenaars van nu op dezelfde manier met grote veranderingen in de samenleving omgaan en heeft dit als uitgangspunt voor de tentoonstelling genomen. In dit perspectief toont hij het werk van vijftien hedendaagse kunstenaars die volgens Benedetti naar het verleden verwijzen en daarmee op deze tijden van economische en culturele crisis reageren.
Verleden
De tentoonstelling is op twee locaties te zien; in De Vleeshal in het laatgotische stadhuis op de markt en in De Kabinetten van De Vleeshal aan de Zusterstraat in Middelburg. Het valt meteen op dat de kunst die getoond wordt minimalistisch en conceptueel van karakter is. De meeste werken op de tentoonstelling refereren inderdaad aan het verleden. Het is alleen de vraag of ze daarmee automatisch reageren op de crisis. Een van de duidelijkere thema’s in de tentoonstelling is de digitalisering van het beeld. In De Kabinetten loop je bij binnenkomst tegen het werk bole and bark (2011) van Rob Johannesma aan, die oude dia’s uit het archief van het Allard Pierson museum opnieuw fotografeerde. De perspectivische diepte die hij in deze foto’s creëert is verbluffend. Naast de werken van Johannesma hangt een bewerkte landschapsfoto van Batia Suter. Twee andere grote landschapsfoto’s van Suter hangen in De Vleeshal. De korrelige zwart-wit foto’s van Suter zijn afkomstig uit oude boeken, die ze vervolgens met nauwelijks merkbare geometrische patronen heeft bewerkt. Petra Stavast reageert op de digitalisering van het beeld met haar portretfoto’s gemaakt met verouderde mobiele telefoons, die ze als staatsieportretten presenteert.
Crisis
Ook zeer de moeite waard zijn de twee videowerken van Gwenneth Boelens en Martijn Hendriks. Boelens tast letterlijk de ruimte af in haar 16mm filmprojectie Hand Wall (2007). De film zoomt in op haar hand die de muren en ramen van een ruimte aftasten. De projectie van haar hand op een muur op de muur in de tentoonstellingszaal werkt vervreemdend. Hendriks toont met Form, Counterform (2010) een oude zwart-wit film die digitaal bewerkt is met een zwarte driehoek. De film is zo bewerkt dat het net lijkt alsof de man in de film de driehoek telkens op een andere manier neerlegt. Vooral bij deze twee werken wringt het uitgangspunt van deze tentoonstelling. Waarom zouden deze twee werken reageren op de crisis? Alleen in het werk van Remco Torenbosch wordt de crisis herkenbaar in beeld gebracht. De bijdrage van Torenbosch bestaat uit blokken beton vermalen met krantenknipsels. Deze zogenaamde papercretes verwijzen naar de Amerikaanse hypotheekcrisis. Daarnaast presenteert hij de Europese vlag zonder sterren als een blauw monochroom schilderij. Via zijn materiaal keuze weet Torenbosch een politieke boodschap over te brengen verpakt als minimalistische werken.
Stof tot nadenken
Herfsttij van het modernisme brengt boeiende werken bij elkaar, maar het uitgangspunt van de tentoonstelling is niet overal even duidelijk. De meeste werken in de tentoonstelling zijn beïnvloed door de minimal art en conceptuele kunst uit de jaren zestig en zeventig. Deze tijd staat ook bekend om de grote veranderingen op sociaal en politiek gebied. Zou dat de link kunnen zijn? De tentoonstelling geeft veel stof tot nadenken en is zeker de moeite waard om te bezoeken.